Mhihihihihi - 2006

Michiel Romeyn - VN 15-07-2006


Ik ben een patser die bang is voor een spinnetje

Het zat in zijn systeem. En het vervelende is: het zit nog steeds in zijn systeem. Jiskefet. Vorig jaar maakte Michiel Romeyn het laatste programma met het ‘herenclubje’ waarmee hij zo lang succes had. En nu is hij op zoek. ‘Ik ben eenenvijftig en ja: een nieuw leven begonnen.’

In de zwarte BMW (‘zes cilinder!’) voor de deur ligt een hond te dommelen. Het is Schnautzi, der Wunderhund van het Wehrmacht-duo Wolfgang en Günther. Alias Herman Koch en Michiel Romeyn. Voorheen Jiskefet. ‘Zijn lievelingsplek voor overdag,’ zegt Romeyn, het portier openend. Meteen, zij het moeizaam en zwaar ademend, komt het dier overeind. Tim is veertien, vertelt de baas, en heeft kanker op zijn hart. Vriendin Lily Lorenz zal even later corrigeren: geen kanker, maar een tumor. Niet kwaadaardig, toch levensbedreigend. De dood van Tim: Romeyn moet er niet aan denken. ‘Dat overleef ik niet.’

Vorig jaar, op de avond van de langste dag, vierde VPRO’s Jiskefet zijn vijftienjarig bestaan. In Openluchttheater Caprera te Bloemendaal ontvingen Herman Koch, Kees Prins en Michiel Romeyn, het driekoppige brein achter het fameuze televisieprogramma, hun fans.

Velen voelden zich geroepen, weinigen werden uitverkoren om het jubileumevenement Jiskefet aan Zee te ondergaan. In een mum van tijd waren de vijftienhonderd kaartjes verkocht. De zwoele zomeravond werd een tsunami van improvisatie en gedol met hoogtepunten uit het humoristische oeuvre. Een groot scherm toonde gouden scčnes, een stevige rockband begeleidde de liveoptredens van de helden met verrassingen als de Lullo’s en een gemotoriseerde Wolfgang en Günther-show.

Het einde van het (volgens ingewijden) ‘hilarische, gelukkig makende, onvergetelijke samenzijn’ bleek ook het afscheid van Jiskefet te zijn. ‘Als je al zo lang programma’s met elkaar maakt, komt onvermijdelijk het moment waarop het genoeg geweest is,’ lieten de makers begin november 2005 in een persverklaring weten. Herman Koch bleef columns voor de Volkskrant schrijven en publiceerde zijn derde roman (Denkend aan Bruce Kennedy), die lovend besproken werd. Kees Prins schreef, speelde en regisseerde (zoals altijd, maar nu iets meer) voor televisie en theater.

En wat deed Michiel Romeyn? ‘Een hele tijd niks,’ zegt hij, ‘denkend: het krijgt wel een vervolg. Maar dat is bitter tegengevallen. Ik had genoeg om handen met de verbouwing van mijn schuur in Zeeland, maar dat is het niet, op den duur. Ik ben mijn speelvlak kwijt. De poppenkast is van de Dam. Het is toch een amputatie. Zestien jaar leven en werken met Jiskefet: natuurlijk mis ik dat. Het zat in mijn systeem. Het vervelende is: het zit nog steeds in mijn systeem. Ik ervaar het vaak als een handicap. Denk steeds: hé, is dat niet? Zou dat niet leuk zijn? Die man daar, op die bank, een scčne...? Maar als je geen podium hebt, moet je op zoek naar iets anders. Ik ben eenenvijftig en ja: een nieuw leven begonnen.’

Ingrid Harms


Weer terug?