Mhihihihihi - NL20
Jiskefet in NL20 - Niks is lekkerder dan een proleet spelen.
Jiskefet vindt het heerlijk als kijkers er niets van snappen. In een tijd dat het cabaret met de mond vol tanden
staat, willen zij juist vragen oproepen, het spelen van onbeschofte klootzakken en de wereld die steeds absurder wordt.
In een grote ruimte in de Jordaan bereidt Jiskefet nieuwe afleveringen voor. Op een grote tafel liggen tijdschriften, aan de
muur hangen de voorpagina's van de kranten van de dag na de moord op Theo van Gogh. Even verderop staat een elektrische
stoel (Michiel Romeyn: "Hij werkt echt!), een geitekop ligt ernaast. Op de koelkast een paar flessen wijn, erin whisky
(Romeyn: "Wel net als alle andere journalisten opschrijven dat we hier om elf uur 's morgens aan de whisky zitten, hoor!").
De kenner ziet hier vijftien jaar Jiskefet-attributen;'Duitse legeruniformen, een kastje uit de dierenwinkel en foute
glitterjasjes.
De nieuwe afleveringen, wat wordt het?
Herman Koch: Dat willen we niet prijsgeven. We maken een aflevering van vijftig minuten voor kerst en een voor 30 december.
Verder zeggen we helemaal niets. De 24ste wordt een aflevering voor een gezellige Nederlandse kerstavond bij de mensen thuis.
Voor elke nieuwe uitzending van Jiskefet zijn de verwachtingen hoog gespannen. Voelen jullie die druk bij het maken
van het programma?
Kees Prins: Wij moeten altijd tegen een verwachting opboksen die niet terecht is. Mensen herinneren zich van de vroegere
uitzendingen alleen de hoogtepunten en daardoor maken zij van Jiskefet een instituut. Wij maken dvd's met highlights
en daardoor moeten wij al dat oude materiaal weer bekijken. Zoveel beter dan nu is dat nu ook weer niet. In een
voorstelling van veertig minuten zat toen soms ook maar één goed ding.
Michiel Romeyn: Als we de oude afleveringen bekijken, breekt het zweet me wel eens uit. Wat slecht! Het duurt maar, en
het duurt maar.
Koch: Bij nieuwe programma's schrijven kranten meestal eerst heel negatief en na een tijdje trekken ze bij. In die kritiek
zit volgens mij ook iets van 'die jongens zijn nu al zo lang bezig, wordt het na vijftien jaar niet eens tijd om er mee op
te houden?
Daar zit misschien wel wat in.
Koch: Ik kan me inderdaad wel voorstellen dat iemand die in 1990 is begonnen met kijken nu wel eens wat anders wil zien
dan Jiskefet. Maar ik ben ervan overtuigd dat als we over tien jaar weer een dvd samenstellen, er evenveel hoogtepunten
blijken te zijn als de tien jaar daarvoor.
Prins: We zijn juist beter geworden, subtieler als je het vergelijkt met programma's uit het begin. De heren van de
Bruine Ster, dat VOC-schip bijvoorbeeld. Jezus Christus, dat we dat gedurfd hebben! Het is echt gênant, en dat overkomt
ons niet meer.
Jullie bedenken een idee, schrijven wat steekwoorden op en tijdens de opnames van Jiskefet improviseren jullie verder,
ook als er publiek bij is. Straft het publiek jullie improvisatiekunsten wel eens keihard af?
Romeyn: Het gebeurt dat we zelf iets fantastisch vinden en dat het publiek doodstil blijft. Dat zenden we dan maar niet
uit. Andersom gebeurt het ook. De beroemde jazzact met het sigaretje bijvoorbeeld. (Romeyn gaat staan en beweegt op
onhoorbare jazzmuziek) Stonden we daar in de coulissen, ik zei: Kees, kom op pak een sigaretje. Wat gaan we nu doen?
Prins: Weet je wat? Laten we een voor een opkomen. En daar gingen we. (Romeyn doet de bereoemde scène na en beweegt
met een ingebeeld sigaretje in zijn hand zenuwachtig op de maat van de jazz) Het publiek brak de tent af. En in dat
publiek zitten heus niet alleen Jiskefet-fans. Er zitten ook van die Edgars die uit Almere of weet ik veel waar vandaan
komen.
Jiskefet staat bekend om zijn absurdisme. Bij sommige scènes denkt de kijker: ik snap hier helemaal niks van,
waar gaat dit over? Genieten jullie daarvan?
Romeyn: Ja, mooi hé? Ik hoop dat mensen boos worden als ze die scènes zien. Dat ze denken: wat is dat nou voor een gelul?
Of nog leuker; vaak is het zo dat mannen het helemaal niet leuk vinden en dat vrouwen ernaast op de bank zitten en denken:
hij rolt van de bank af, maar ik zie het niet. Wat vindt-ie daar nou aan? Daar geniet ik ontzettend van. Lekker even pesten.
Koch: Wij kunnen die scènes ook niet aan onszelf uitleggen. Er is iets en er is iets heel leuks aan, maar wij weten zelf
ook niet precies wat.
Dus jullie snappen het zelf ook niet?
Koch: Niet helemaal, nee. Dat zijn vaak de spannendste dingen, wanneer wij ook niet weten waarom wij er zo om moeten
lachen, maar we willen het gewoon laten zien op televisie. Omdat het zo'n mooi beeld is. En natuurlijk zitten er dan
mensen te wachten waar de grap blijft...
Romeyn: Maar die is er niet, nou ja. Moet je maar niet kijken, er zitten 36 kanalen op zo'n ding, dus...
In bijna elk interview geven jullie af op cabaretiers. Wat is er nou eigenlijk mis met een lekker avondje lachen?
Prins: Niks.
Romeyn: Nee, hoor, helemaal niks. Het is alleen altijd zo gevat en zo gezellie; lekker leuk bij elkaar met al die typetjes.
Hollandse cultuur... Dat is prima. Maar, Jezus Mina!
Prins: Het is denk ik gewoon een kwestie van smaak. Wij proberen met z'n drieën altijd iets speciaals te maken.
En dan zie ik cabaretiers en denk ik: dit idee is zo flauw, dat zou ik meteen in de prullenbak gooien. Dan staat zo'n
cabaretier dat nog met enorm veel verve te doen ook. En de hele zaal ligt nog dubbel van het lachen.
Nou, vooruit, in NL20 dan ook maar even. Een voorbeeld.
Romeyn: Sanne Wallis de Vries, dat valt nog niet mee om daar om te lachen. Of zo'n meisje De Breij uit Utrecht...
Bert Visscher die Spijkerman assisteert. Daar krijg ik gewoon kramp van in mijn kut, zoals dat heet. Doe dat nou in
godsnaam niet. Hij windt izch op alleen maar omdat hij denk dat hij zich moet opwinden. En zo zijn er heel veel meer...
Zelf gaan jullie nooit voor de directe cabaret-grap. Is de verleiding nu met de moord op Theo van Gogh niet groot
om wel direct humor te gebruiken?
Koch: Wij laten de gebeurtenissen van nu wel meespelen, maar blijven dat indirect doen. Het cabaret staat nu juist
met zijn mond vol tanden, cabaretiers weten niet meer wat ze moeten zeggen. Nu het zo erg is, kunnen zij er niets meer
mee. Het moet natuurlijk wel gezellig en lollig blijven. Op Bush kunnen ze wel afgeven, want dat is ver weg. Maar als
er hier in Nederland iets ergs gebeurt, is iedereen opeens doodstil.
Romeyn: We gebruiken de actualiteit wel. Heb je die aflevering gezien waarbij ik een tattoo van Balkenende op mijn rug
had waar Kees en Herman overheen piesten? Daar zijn zelfs Kamervragen over gesteld.
Weet je wat het is, je kunt het vergelijken met een taart. Daar kun je heel veel suiker in doen. Maar wij doen
er een heel klein beetje in, zodat je niet precies weet wat je proeft.
Misschien zet je mensen met directe grappen wel meer aan het denken.
Prins: Nee, het is andersom. Cabaret is steeds bezig om zogenaamde antwoorden en meningen te geven. Terwijl wij vragen
oproepen. Het is veel interessanter als de kijker denk: wat is dit dan?
Er was een tijd dat je op straat overal "Goeiesmorgens", "Hé Lullo, heb je nog geneukt?" of "Peter, peter!" hoorde
roepen. Stonden jullie zelf ook te kijken van de hype die jullie veroorzaakte?
Prins: Dat was absoluut een schok, het laatste wat we verwachten.
Romeyn: De eerste keer dat iemand op straat "goeiesmorregens" tegen me zei, dacht ik nog: goh, bijzonder. Daarna moest
ik ineens door een oerwoud van "goeiesmorregens". Ongelofelijk dat wij dat allemaal veroorzaakt hebben.
Prins: Het erge is dat het nog steeds gebeurt. Gisteravond was ik in Delft. Bij een tankstation stonden zes of zeven
corpsballen. Ik moest ze echt van me af slaan. Ze waren dronken. (Zet een bekakte stem op) "Hee, kom eens hier, even,
even met het telefoontje een fotootje maken."
Romeyn: En als je ze dan een ram geeft, ben je nog arrogant ook.
Voor het spelen van proleten en Lullo's moet je ook iets uit jezelf halen, lijkt me. Zijn jullie heimelijk proleten?
Koch: Het is heerlijk om een ongehoorde lul te spelen. We mogen arrogant zijn, een taal van een Lullo of een andere
proleet uitslaan en een halfuur zo denken. Dat lucht op.
Romeyn: Iedereen heeft wel meerdere types in zich. Er is niets lekkerders dan een proleet spelen. De wereld bestaat
uit een ijskast vol met bier en uit lekkere wijven. Alle gorigheid die in me opkomt, kan ik roepen. En we worden er nog
voor betaald ook om een beetje de onbeschofte klootzak uit te hangen!
Prins: Dat je het deksel van de duivelse doos van Pandora kunt halen... Heerlijk!
Kan Jiskefet de kijker nog shockeren?
Prins: Dingen die vroeger nog shockerend waren, zoals de vraag "Heb je nog geneukt?", zijn nu door de tijdgeest
ingehaald. Patty Brard onderzoekt op televisie haar eigen stront in een vergiet. Daar komen wij niet meer overheen.
Is dat jammer?
Prins: Wij hebben nooit geshockeerd om het shockeren. Maar het is jammer dat de maatschappij haar onschuld kwijt is.
Dat was voor ons een prettige voedingsbodem, daarmee konden we heel goed mensen neerzetten en hadden we snel effect.
Nu is het veel moeilijker om een antwoord te vinden op wat er om ons heen gebeurt.
Romeyn: Endemol gaat een programma waarbij je een zaaddonor kunt winnnen, aan het buitenland verkopen. Tien jaar
geleden verzonnen wij dat nog als sketch over de commercielen en nu doet Endemol dat bloedserieus.
De hele wereld is absurdistisch geworden?
Romeyn: De werkelijkheid heeft ons ingehaald, dat kun je wel stellen ja. Je kunt het zo gek nog niet bedenken
of het bestaat nu.
Weer terug?